Nachtopnamen


           

Klik op een kleine foto om deze te vergroten 

De nacht kan vol verrassingen zijn, ook fraaie weerkundige (en natuurlijk astronomische) verschijnselen kunnen dan zichtbaar zijn en met een beetje geluk en wat praktisch nadenken kan je er mooie foto's van maken. Vooral de duur van de belichting is daarbij van groot belang en kan een wereld van verschil betekenen. De twee bovenstaande foto's (als voorbeeld) tonen de energiecentrale Harculo langs de IJssel (bij Zwolle) die bijna spookachtig opdoemt in de nacht. Je ziet goed de verschillen tussen een korte belichting links (3 minuten met een diafragma van 5.6) en een wat langere belichting rechts (4 minuten bij een fors grotere lensopening van f.2.0). De gebruikte lens was een Nikon f 24 mm f.2.0 met asa 100 diafilm, in een Nikon Fm camera met draadontspanner, op een statief.

Een paar zaken waar je op moet letten:

  • Scherpstellen gaat niet zo goed als het erg donker is, maar de meeste onderwerpen liggen toch op 'oneindig', dus met de hand de lens even op die stand zetten en klaar!
  • Een autofocuscamera is niet erg praktisch, die verbruiken bij lange sluitertijden vaak ook veel stroom (dus: batterijen).
  • Een wat oudere (meer mechanische) camera die je met een draadontspanner kan bedienen is vaak veel handiger.
  • Als je een tijdje buiten bent kunnen de lenzen beslaan. Neem een goede poetsdoek mee en hou het hele materiaal droog, als het even kan.
  • De sluitertijd is afhankelijk van de film en het onderwerp. Maar met een normale ISO 100 diafilm kan je fraaie nachtopnamen maken met een belichtingstijd van ca 2 - 4 minuten en een diafragma van f 2.8 - f4. Negatieffilm kan vaak wat langer belicht worden zonder grote problemen, alleen het laten afdrukken bij de grotere ontwikkelcentrales gaat wel eens mis. Die niet 'begrijpen' dat je een gevoelige (sfeervolle) nachtopname had gemaakt en alles veel te flets, of geheel niet, afdrukken. Zelf de film (laten) scannen is dan een goede oplossing.
  • Speel wat met belichtingstijden, dus belicht een paar wat langer en een paar wat korter. Maak het diafragma echter niet te klein (f getal dus NIET groot), bijvoorbeeld f2 - f4. Bij een diafragma van f 8 of nog meer komen de meeste objecten die je wil vastleggen er niet goed op (te lichtzwak), terwijl strooilicht er dan vaak wél op komt. Zonde.
  • Meer gevoelige films gebruiken kan (400 -3200 ISO). De sluitertijd kan dan korter worden, maar de korrel in de opnames neemt stevig toe. De vraag is of je dat wil.
  • Bij langere sluitertijden (> zeg 4 minuten) zal je merken dat de film niet echt veel meer vastlegt, sommige films vertonen dan ook een verkleuring naar een soort paars. Men noemt dit ook wel het Schwarzschild-effect.
  • Een statief is altijd onontbeerlijk om trillingen te voorkomen en dus scherpe foto's te krijgen.
  • Vermijd dus als het even kan storende lantaarnpalen of andere lichtobjecten direct in de nabijheid. Als ze iets verder weg staan kan het de compositie echter wel versterken. Kwestie van smaak.
  • Merk op dat bewegende objecten bij lange sluitertijden streepjes worden, zeker als ze verlicht zijn. Dat kan leuke effecten geven. Maar soms minder gewenst. Sterren worden zo ook als streepjes weergegeven, zoals op de foto's boven.
  • Passanten kunnen soms van je schrikken als je zo stil in het donker aan het wurmen bent, let daar op en laat je aanwezigheid even merken.
  • Probeer zelf eerst aan de donkerte van de nacht te wennen, je ziet dan veel meer (> 10 minuten wennen). Als je zelf licht nodig hebt (rolletje verwisselen...) gebruik dan een klein zaklampje met een rood lichtje (zijn in de handel verkrijgbaar). Daarmee voorkom je dat je zelf 'verblind' en blijven je ogen gewend aan de donkerte van de nacht.
  • Geniet van de nacht, neem een kan koffie mee en wees creatief!

Kijk in het archief en in de kalender voor meer voorbeelden van nachtfoto's, zoals van halo's, kometen, vallende sterren of poollicht.

 
© Foto's en tekst:Stefan Jak

Laatste wijziging: woensdag 13 december 2013